"Any Resemblance To Persons Living Or Dead Is Purely Coincidental. Or pherhaps not entirely. As such"
Een reis met de Fortuna.
Eerste dag, 's ochtends
Als rond negen uur de eerste auto met nieuwe passagiers aankomt in Harlingen, is het nog rustig in de haven. De meeste schepen verwachten hun gasten pas tegen de middag, dus zie je alleen hier en daar wat scheepsmaten aan dek van hun schip de boel alvast zeilree maken, of een enkele schipper die een nieuwe tros of kuil touw aan boord sjouwt.
Ik begroet Ton uit Amsterdam, die deze groep om zich heen verzamelt heeft. Een sympathieke veertiger die vrienden en bekenden enthousiast gemaakt heeft om vijf dagen vakantie te vieren aan boord van onze stoere topzeilschoener. Ton's twee kinderen verheugen zich bijzonder op het avontuur. Samen met de kinderen van twee nog te arriveren families hebben ze heel wat af-gefantaseerd over "de reis op het piratenschip".
Om elf uur is er al een bedrijvigheid van jewelste op de kade. overal zie je groepen van verschillende pluimage aan boord van grote en kleine zeilschepen gaan. Bij ons is intussen iedereen aangekomen, en de laatste voorraden worden nu aan boord verstouwd. De stemming zit er al goed in, iedereen leeft toe naar het moment dat de trossen los gaan en het schip onder zeil gaat, terwijl de alledaagse beslommeringen achterblijven aan wal.
Als schipper is het mijn taak de nieuwe bemanning van de Fortuna te 'briefen", oftewel mezelf en de scheepsmaat aan iedereen voor te stellen en een korte gebruiksaanwijzing van het schip te geven. Daarna is Gabriel, de matroos aan de beurt. Hij legt iedereen aan dek uit wat je moet weten om actief mee te doen als 'dekhand' , wanneer we onder zeil gaan. Het is voor de meesten een hele geruststelling dat dit lang zo ingewikkeld niet is, het schip is immers juist getuigd om ook onervaren zeilers aan de bak te laten. Dan draaien de motoren warm, de trossen gaan los. eindelijk!
Eerste dag, 's middags
Zonnig en vrijwel onbewolkt, een koelte uit het Westzuidwesten, echt weer om alle zeilen bij te zetten. Al snel heeft iedereen de slag te pakken, altijd weer een verrassing hoe licht vele handen het werk maken. De razeilen, die aan drie zware ra's boven in de voorste mast hangen, houden tien man bezig, gecoördineerd door Gabriel. Hoewel deze zeilen hoog boven in de mast hangen, vindt al het werk beneden aan dek plaats. Als het -bram-en marszeil gelijktijdig openvallen en de wind ze bol blaast, klinkt een goedkeurend gemompel aan dek. Het schip helt licht over en met zeven knopen snelheid verdwijnt Harlingen al snel aan de horizon. De reis is begonnen...
Eerste dag, later die middag
De wind is wat gaan liggen, het is heerlijk weer om aan dek te zijn. de drie ligstoelen op het kampanjedek zijn voortdurend bezet, ook de vijf hangmatten onder de voormast trekken veel publiek. Een van de vaders zit met zijn kids in het kluivernet, iedereen keurig in het zwemvest gehesen. Jelte, de zoon van Jacob en Corrie stuurt het schip alsof hij z'n hele leven niks anders gedaan heeft. Corrie heeft zich in een veiligheidharnas gehesen en klimt, dubbel geborgt langs het want naar de 'mars', het plateau in de mast dat abuisiefelijk vaak voor kraaiennest aangezien wordt. Gabriel legt aan een paar geïnteresseerden het een en ander uit over splitsen en knopen.
We besluiten gebruik te maken van het mooie weer en een zandbank op te zoeken om droog te vallen. rond de klok van vieren komen we aan op de uitverkoren plek; vooralsnog alleen maar water zover het oog reikt. De zeilen worden geborgen, iedereen helpt mee. Dan met de motor de laatste meters... binnen enkele seconden ligt het schip ineens stil. na enkele minuten duwen met de motor ligt het schip muurvast, precies op de gewenste plek. Het water, dat langzaam van de ondiepe platen afstroomt, wordt door de zon stevig verwarmt. Het is dan ook heerlijk om aan een touw aan de onderste ra het water in te slingeren. Het lijkt wel of er bijna geen tijd verstreken is als vóór het schip de eerste stukken zandbank droogvallen. De eerste wandelaars waden naar het droge gedeelte van de plaat en gaan acuut op weg. iedereen amuseert zich prima.
Eerste dag, 's avonds
Een druk gebabbel vult de salon, zand onder alle voeten en zout in het haar. alle passagiers zitten aan tafel en scheppen een stevig bordje vol, want geloof maar dat zeelucht hongerig maakt. Ton heeft de eerste dag zelf gekookt, gebakken aardappels, boontjes en een gehaktbal, 'echte Hollandse kost' zoals hij het zelf uitdrukt.
Door haar afmetingen en verschillende dekken en ruimen is de Fortuna net een dorp op het water. ruimte zat voor iedereen om na het eten lekker z'n eigen ding te doen. met een klein clubje loopt Gabriel nog eens het drooggevallen wad op. Hij had wat zeehonden zien zwemmen en wil proberen de dieren dichterbij te lokken door op een steile kant aan de waterlijn te gaan liggen. Een truukje dat ik al vaker heb zien slagen, ik ben benieuwd of het nu weer lukt. Bernard uit Haarlem staat naast het schip te frisbee-en met Martin en twee vrouwen die ik nog niet bij naam ken. Het is licht heiig aan de kim, en het lijkt of we alleen op de wereld zijn.
Vanaf de zandbank kijk ik naar het schip en luister naar de zachte achtergrondgeluiden van vrolijke mensen aan boord, en aan de andere kant het zachte gebrabbel van honderden foeragerende vogels.
Eerste dag, 's nachts
Tegen elf uur ’s avonds staat de vloed er al flink in en komen we los. Er is weer een matige koelte opgestoken, je hoort de adem van de wind door de vallen en stagen van het schip fluisteren. Ik stel voor om de laatste halve zeemijl van hier naar de ankerplaats te zeilen op bram en marszeil. Er zijn meer dan genoeg enthousiasten voor dit plannetje, ze willen ook wel meer zeil zetten. Uiteindelijk zetten we fok, mars en bram. Als de zeilen staan gebruiken we die om het schip van de plaat af te laten duwen. Door de vloedstroom geholpen halen we een aardige vijf knopen. Niet slecht voor die paar zeiltjes! Al snel is het schip op de beschutte plaats waar we de nacht door zullen brengen. Actie, geluid van zeilen die gestreken worden, aanwijzingen klinken over en weer... Dan ratelt de ankerketting even luidruchtig, maar meteen daarna keert de stilte terug.
Aan de mensen die nog aan dek zijn, leg ik uit dat alle moderne apparatuur een ankerwacht overbodig maakt. Na alle techniek getoond te hebben vragen een paar mensen of ze nog even in de stuurhut mogen zitten, genieten van ‘het sfeertje’. Uiteraard geen probleem. Rond middernacht wensen de maat en ik iedereen welterusten. “Een dag uit het leven van een zeeman”, denk ik grijnzend. Voor mij is het bedtijd.
Tweede dag, ‘s ochtends
Na het ontbijt, met verse opbakbroodjes uit de oven gaan we snel anker op en onder zeil. Het doel voor vandaag is Vlieland, dat is mooi dichtbij. Na zo’n lange eerste dag raden we altijd aan om een half dagje eiland te doen, mooi even vaste grond onder de voeten. Als we om een uur voor de havenmond van Vlieland aftuigen, komt Irene even het stuurhuis in “Moeten we dáár door naar binnen?” ze wijst naar de smalle havenmond. Die is inderdaad lastig, en het is altijd een hele opluchting als het schip weer ongeschonden tegen de kade ligt.
Tweede dag, ‘s middags
Op het eiland splitst de bemanning van de Fortuna zich al snel op in subgroepjes. Een deel gaat fietsen huren, anderen wandelen door het bos naar het pittoreske dorpje en doen daar boodschappen. Een derde ploegje maakt er een dagje strand van. Een enkeling kan nu al niet scheiden van het schip en vleit zich met een goed boek in een altijd aanwezige hangmat. Andre, de fotograaf van de groep, klimt nog maar eens de mast in naar het ‘kraaiennest’. Tijd voor een paar wijdse panoramafoto’s, blijkbaar.
Tweede dag, ’s avonds
Een voor een zijn er toch nog vijftien andere grote zeilschepen binnen gelopen. Na het avondeten (maaltijdsalade, tomatensoep met stokbrood & kruidenboter en een zaaalig toetje) kijken we aan dek hoe een groep jongeren van verschillende schepen klautert en zich verzamelt op de kade. Er staat een imposante acht wiel aangedreven MAN-truck te wachten. De laadbak is met plexiglas overdekt, en er zijn zeventig zitplaatsen in getimmerd. Joelend en lachend zetten een man of zestig zich op de bankjes, en grommend, schijnbaar moeiteloos beklimt het monster de steile duinovergang en verdwijnt uit het zicht. Ik leg uit dat dit de ‘vliehors expres’ is, te huur voor rond de driehonderd euro, die met groepen een rit maakt over de grootste zandvlakte van europa; de vliehors. Onze kids kijken de truck jaloers achterna. Zij willen ook wel.
Derde dag, ’s ochtends
Helemaal geen wind, warm en benauwd weer. Als we de haven uitvaren, is het op slag lekker. De benauwde, vochtige lucht laten we achter op her eiland. Jaqueline en Wim zwaaien treurig naar de vlielander duinen. Zij wonen in Maastricht, zo vaak komen ze hier niet.We besluiten spontaan nog eens droog te vallen. Met zo’n weer gewoon het beste programma voor een dag. Bovendien, verklaar ik geheimzinnig, je hebt droogvallen en dróógvallen. Da’s een heel verschil...
We varen op motor een uurtje tot we vlak bij Terschelling zijn. Daarna verlaten we de betonde vaargeul en zoeken onze weg tussen de banken, tot we bij de uiterste westpunt tegen het eiland opschuiven. Vijf meter voor ons Terschellinger strand zover het oog reikt.
benieuwd hoe het verder gaat? check regelmatig onze website...